“Tekenen is over de hele wereld hetzelfde”
Ineke Ruiter werkte meer dan 25 jaar in de gezondheidszorg. Daar kwam ze erachter dat ze mensen graag op een dieper niveau op een creatieve manier begeleidt. Met het volgen van een opleiding tekentaal vielen de puzzelstukjes van werk, hobby en persoonlijke ambitie op hun plek. Ineke is nu tekentaaldeskundige en helpt kinderen en volwassen met het verwerken van bijvoorbeeld rouw en verdriet aan de hand van tekeningen.
Wanneer en hoe is tekenen in je leven gekomen?
“Als puber ontdekte ik dat het leuk is om te doen. In de loop der jaren heb ik allerlei cursussen gedaan in tekenen en schilderen om mijn eigen creativiteit te ontwikkelen. Ik heb gewerkt in de wijkverpleging en crisishulpverlening en kwam er in 2005 achter dat er een opleiding bestaat waar je leert dat door middel van tekenen mensen kunt helpen. Op een non-verbale manier. Dat was een opleiding van viereneenhalf jaar in Zutphen, een dag in de twee weken. Uiteindelijk haalde ik het diploma voor kindertekentherapeute. Zelf noem ik het liever tekentaaldeskundige. En er komen ook veel volwassenen met een hulpvraag.”
Hoe ga je te werk?
“Mensen komen hier met gevoelens van rouw, verlies, boosheid, niet lekker in hun vel zitten. Kinderen zijn de spiegel van hun ouders: als er bijvoorbeeld sprake is van een moeilijke echtscheiding, heeft dat zijn weerslag op het kind. Kinderen tekenen niet feitelijk, maar hoe ze zich voelen. Er zit veel psychologie in. Specifiek voor de klacht geef ik een bepaalde tekenopdracht. Ik stel geen diagnoses, maar gebruik de tekening die ze maken als sleutel en uitgangspunt tot een gesprek. Het driegesprek, waarbij het kind vaak zelf met een oplossing komt. Daar kunnen we dan mee verder. Maar het blijft altijd maatwerk en telkens een nieuwe uitdaging. Met volwassenen doe ik een gratis intake, het moet klikken. Als mensen voelen dat ze hun verhaal mogen vertellen, lucht het enorm op. Dat heb ik ook geleerd tijdens de crisishulpverlening. Als het me pet te boven gaat, verwijs ik mensen door naar de huisarts of een andere hulpverlener.”
Je hebt een beetje van je hobby je werk gemaakt. Teken je zelf ook nog?
“Niet zo veel als ik zou willen. Maar ik heb net een nieuwe locatie in Hoorn, aan het Dampten. Hier thuis in Andijk heb ik ook een ruimte. Maar voor mensen uit Hoorn kan Andijk ver weg zijn.”
Vorig jaar belandde je met de organisatie Art For All in Oeganda. Hoe is dat gelopen?
“Art For All kende ik niet, ik heb alleen de oprichtster van deze organisatie tien jaar geleden eens ontmoet. In allerlei werelddelen doen ze projecten, altijd op plaatsen waar weinig of geen zorg voor mensen is. Daar gaan ze de straat op om te kijken of er kinderen op afkomen en gaan aan de slag met kunst: muziek, mime, toneel, tekenen. Vorig jaar was ik voor het eerst mee naar Oeganda en heb gezien dat kinderen er zo van genieten. Er gebeuren heel bijzondere dingen. Tekenen is over de hele wereld hetzelfde, het is een heel universele taal. En tekenen is onbewust. Ik vind een tekening een driegesprek: mensen weten vaak niet wat ze tekenen en wat ze bedoelen, maar door open vragen te stellen kom je bij het verhaal dat erachter zit. Kinderen doen dat automatisch, die denken er niet bij na.”’
Wat heeft Afrika je geleerd?
“Dat tekenen nog universeler is dan ik al dacht. Kinderen in Afrika tekenen zichzelf zoals jij en ik: open en blank. Helemaal niet donker ingekleurd. Zo zien zij dat niet. De kinderen in het project waren allemaal weggegeven kinderen, nobody’s. In het programma werkten we met de slogan From nobody to somebody, om te zorgen dat ze weer iemand worden en zijn. De kinderen waren oprecht blij met veel minder dan wij. Ik heb geen trauma’s gezien, ondanks dat ze behoorlijk wat hebben meegemaakt. Hun dromen zijn niet anders dan die van kinderen hier.”
Wat zijn je ambities? Terug naar Afrika?
“Ik ben door Dorcas gevraagd om deze zomer naar Hongarije te gaan. Daar komen kinderen uit Oekraïne. Oorlogsgebied. Op een camping in Hongarije ga ik werken met pubers om creatief aan de slag te gaan. Het kan zijn dat ik daardoor dingen zie waarop ik in kan spelen. Voor Dorcas is het ook nieuw, dus het is een uitdaging. Maar het kan ook een hele andere kant op hoor. Vorige week nog werkte in het verzorgingshuis Sint Jozef in Wervershoof met de bewoners. Dan gebeuren er ook geweldige dingen en komen prachtige levensverhalen boven. In de kapel aan de Middenweg in Andijk houden we af en toe een kliederdienst, waarbij we aan de hand van een bijbelverhaal met elkaar creatief aan de gang gaan.”
Dat gevoel, of misschien noodzaak, om mensen te helpen, waar komt dat vandaan?
“Ik haal mijn waarden en normen uit mijn geloof, maar ik sta open voor alles en iedereen. En het besef dat veel ouderen zich niet realiseren dat een kindertekening enorm veel informatie bevat. Er wordt naar gekeken, het is mooi of niet mooi, en dan gaat ie bij het oud papier. Dat betekent ook dat je je kind kunt helpen of actie kunt ondernemen, door te kijken naar de symboliek in de tekening. Ik geef daar ook workshops voor. Via mijn site iktekenervoor.com kun je zien wat ik verder allemaal doe.”